De pentade gaat ervan uit dat mensen dubbelzinnige, tegenstrijdige en complexe redenen kunnen hebben om te handelen. Het probeert simplistische verklaringen te vermijden.
“elke volledige verklaring over motieven zal een soort antwoord bieden op deze vijf vragen: wat is er gedaan (handeling), wanneer of waar is het gedaan (scène), wie heeft het gedaan (agent), hoe heeft hij het gedaan (agency), en waarom (doel).” -Kenneth Burke
De fundamentele componenten van de pentade
Zoals de journalistieke vragen of de gemeenschappelijke topoi en tagmemische vragen, kan de pentade worden voorgesteld als een reeks vragen. Door deze fundamentele vragen te stellen, stelt Burke voor dat we inzichten kunnen verwerven over de factoren die ons tot de actie hebben gebracht. In het bijzonder zullen deze vragen ons inzicht verschaffen in de volgende vijf componenten van een situatie:
- De handeling
- De scène
- De agent
- De instantie of methode of middelen
- Het doel of motief
Relaties tussen termen
Terwijl het analyseren van specifieke handelingen of scènes ons uiteraard tot enig begrip kan leiden over wat iemand motiveerde om iets te doen, wat Burke’s pentad echt nuttig maakt is zijn nadruk op de relaties tussen de termen. Burke is vooral geïnteresseerd in de relaties, of verhoudingen, die ontstaan wanneer de volgende termen worden vergeleken:
- Act tot act
- Act tot scène
- Act tot agency
- Act tot doel
- Act tot scène
- Act tot
- Act to agency
- Act to purpose
- Scene to agency
- Scene to purpose
- Agency to purpose
Bijv, door de “verhouding tussen scène en handeling” te analyseren, kunnen we informatie krijgen over hoe een scène, of sociale context, de handeling heeft beïnvloed. Zo zou je kunnen proberen te begrijpen hoe crimineel gedrag tot uiting komt in de binnenstad. Als geweld een alledaags onderdeel is van het leven in een woonproject in de binnenstad, dan kunnen we begrijpen waarom bewoners veel angst uiten om slachtoffer van geweld te worden. Als we mensen in de gemeenschap zouden interviewen die gewelddadig hebben gehandeld (d.w.z. agenten), dan zouden we een beter idee kunnen krijgen van hoe zij het geweld plegen (scene to agency) of waarom zij denken dat zij het geweld plegen (act to scene).