Camp deed in 1998 mee aan MTV’s eerste Wanna Be a VJ-wedstrijd. Hij deed zich voor als dakloze en had het imago van een “straatjochie”, maar er ontstond controverse toen bleek dat hij was opgegroeid in Connecticut en daar naar een privéschool was gegaan. Bovendien meldde The Village Voice dat een internetbron, alleen bekend onder de naam “UglyPig”, beweerde meer dan 3000 stemmen te hebben uitgebracht op Camp in de Wanna Be a VJ contest, door misbruik te maken van een veiligheidslek in het systeem.
Desondanks versloeg Camp mede-deelnemer Dave Holmes voor een VJ baan bij de populaire muziekvideo show Total Request Live, bekend als TRL. Holmes werd later ook ingehuurd door MTV.
Camp was populair op de zender, met Rolling Stone die zei: “Een onwaarschijnlijke instant ster, hij werd al snel aanbeden door preteen fans, die zich toegewijd om hem heen verdrongen als hij door Times Square paradeerde in boa’s, leren broeken, sprankelende Steven Tyler sjaals, en mismatched been-warmers tijdens zijn maffe man-op-de-straat segmenten voor MTV.”
Camp hield zijn positie op TRL met Carson Daly als de belangrijkste gastheer voor meer dan een jaar. Camp was ook gastheer van twee extra eigen programma’s voor MTV-publiek overdag. Camp overtuigde MTV executives om hem acts als Faster Pussycat, Ratt, Sebastian Bach en Dee Snider te laten boeken als gasten voor zijn zomerserie “Lunch met Jesse” op een moment dat deze artiesten al jaren niet meer in roulatie waren op de zender. Meer dan een jaar lang presenteerde Jesse het hedendaagse rockprogramma “MTV Rocks Off” met interviews met artiesten als Joey Ramone, Henry Rollins, Korn, Limp Bizkit, Sugar Ray, Garbage, Peter Steele, Silverchair en Metallica.
Na zijn vertrek van TRL, zette Camp zijn MTV-roem om in een rockcarrière met zijn debuutalbum Jesse & the 8th Street Kidz uit 1999 op het Hollywood Records-label. Het album werd geproduceerd door Rob Cavallo (Green Day, Kid Rock) en Julian Raymond (Cheap Trick, Glen Campbell), en specialiseerde zich in de jaren ’80 stijl glam metal die uit de mode raakte bijna een decennium voor de release van het album. Gaststerren op het album waren o.a. Stevie Nicks in duet met Camp op de ballade “My Little Saviour”, Rick Nielsen, Steve Hunter en Gregg Bissonette. Camp schreef het album samen met Alex Kane (Life, Sex and Death, Antiproduct), Bam Bam en Jo Almeida (Dogs D’Amour) en Share Pedersen (Vixen, Bubble). Het album verkocht 2.600 exemplaren in zijn openingsweek.
Een video voor de eerste single “See You Around” bevatte cameo’s van Reverend Run en Marky Ramone. De kritieken waren gemengd. Rob Sheffield gaf het album een recensie (3,5 sterren) in Rolling Stone, terwijl Stephen Thomas Erlewine van Allmusic het album 1 ster van de mogelijke 5 gaf, schrijvende: “Soms is de muziek aanstekelijk, maar meestal is het gewoon irritant, omdat Camp’s zang net zo rasperig is als zijn persoonlijkheid.” In een retrospectieve recensie voor The A.V. Club merkte Nathan Rabin op dat het album goed was geproduceerd en solide prestaties van de sessiemuzikanten bevatte, maar dat de keuze om Camp’s zang op de meeste nummers te verdoezelen zijn beperkte muzikale bekwaamheid verraadt, vooral op het duet met de veel getalenteerdere Stevie Nicks.
Camp verscheen in een geïmproviseerde cameo op de documentaire getiteld Power & Control LSD in The Sixties, door Aron Ranen.