Algemene informatie
De Koreaanse meloen is ovaal van vorm met diepe, gelijkmatig verdeelde witte lineaire naadlijnen die in de lengterichting langs de gele korst lopen. In het doorschijnend witte vruchtvlees zit een trio van zaadholtes met een sterk geconcentreerde zoetheid. Wanneer de meloen rijp is, heeft hij een subtiel zoete smaak die lijkt op die van een peer of een honingmeloen. Het aroma is delicaat en zuiver. Hoewel de meloen gewoonlijk geschild wordt geserveerd, is hij volledig eetbaar omdat de schil zeer dun is en de pitten zeer klein zijn. Hij is zeer bederfelijk en wordt aanbevolen binnen een week na de oogst te worden gegeten.
Geschiedenis
De Koreaanse meloen wordt verondersteld via China te zijn ingevoerd in de periode van de Drie Koninkrijken, en met zijn bijzondere geur en smaak is hij samen met de watermeloen een bekende zomerfruit. Elk jaar is de teelt toegenomen.
In het midden van de jaren vijftig werd Yeomcheon geïntroduceerd uit Japan en vermengd met de bestaande meloentypes, waardoor de bestaande meloentypes hun specifieke karakter verloren. Terwijl de bestaande meloenen een laag suikergehalte hadden, had de Yeomcheon-meloen een hoog suikergehalte en was hij gemakkelijker te vervoeren. Yeomcheon meloen werd snel vervangen, en vanaf de jaren 1960 werd het de belangrijkste soort Koreaanse meloen.