Saururus cernuus (hagedissenstaart, watervaraan, drakenstaart, moeraswortel) is een geneeskrachtige en sierlijke plant, inheems in het oosten van Noord-Amerika. Hij groeit in natte gebieden of ondiep water, en kan tot ongeveer een meter hoog worden. Het inheemse verspreidingsgebied bestrijkt een groot deel van het oosten van de Verenigde Staten, tot in het westen van Texas en Kansas, in het zuiden tot Florida, en in het noorden tot Michigan en de staat New York, tot een beetje in Ontario. Het is een obligate wetlandplant, in staat om te groeien in overstroomde, verzadigde bodems.
Hagedissenstaart | |
---|---|
S. cernuus, loof en bloeiwijze | |
Wetenschappelijke classificatie | |
Kingdom: | Plantae |
Clade: | Tracheophytes |
Clade: | Angiospermen |
Clade: | Magnoliiden |
Orde: | Piperales |
Familie: | Saururaceae |
Genus: | Saururus |
Soorten: |
S. cernuus
|
Binomiale naam | |
Saururus cernuus |
Saururus cernuus is een kruidachtige vaste plant die zijn naam dankt aan de witte bloemen die in de zomermaanden bloeien. De bloemen worden meestal 6 tot 8 centimeter lang. Als de bloemen volgroeid zijn, worden de witte bloemen bruin, waardoor de plant zijn naam krijgt, hagedissenstaart. De bladeren zijn meestal hartvormig, pijlvormig of lansvormig, en staan afwisselend aan de stengel. Bij het pletten van de bladeren komt een citrus- of sassafrasaroma vrij.
Als waterplant is S. cernuus een belangrijke voedselbron voor veel moerasdieren, waaronder bevers. In een onderzoek naar uitsluiting verminderden bevers de prevalentie van S. cernuus met 45%.
De medicinale eigenschappen van deze plant zijn gebruikt om zwellingen in het lichaam te behandelen. Cherokee en Chocktaw inheemse Amerikanen stampten S. cernuus wortels fijn als een kompres, en pasten de plant toe om ontstekingen van de borsten en rug te verzachten. De Seminoles gebruikten de plant als een antirheumaticum, en ook als een manier om koorts en lichaamspijn te verzachten.